CURSUSSEN VOOR VOLWASSENEN     CURSUSSEN VOOR KINDEREN     LEZINGEN     RONDLEIDINGEN     REIZEN     SCHOOLPROJECTEN     PUBLICATIES     ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK

 

 

Lezingen

 

HATSJEPSOET: EEN VROUWELIJKE FARAO

Koningin Maät-ka-re Hatsjepsoet (waarheid is de ziel van Re, de eerste der edele dames) is, na Nefertete en Cleopatra, waarschijnlijk de bekendste vrouw uit de Egyptische geschiedenis. Hatsjepsoet leefde in de 18e dynastie en trouwde met Thoetmosis II, haar halfbroer, die in 1492 voor Christus als farao op de troon kwam. Hatsjepsoet en Thoetmosis II kregen een dochter, prinses Neferoere. Helaas duurde hun huwelijksgeluk niet erg lang. Thoetmosis II had namelijk een zwakke gezondheid en overleed in 1479 voor Christus, waarna de vijfjarige zoon van een concubine van Thoetmosis II, met de toepasselijke naam Thoetmosis III, tot koning werd uitgeroepen.

 

Voor de jonge koning werd al snel een geschikte huwelijkskandidaat gevonden: volgens een goede familietraditie trouwde Thoetmosis III met prinses Neferoere, zijn halfzusje. Koningin Hatsjepsoet nam vervolgens als regentes de regering voor de jonge farao waar en behartigde de staatszaken uit naam van haar stiefzoon. Kort voor het zevende regeringsjaar van Thoetmosis III brak Hatsjepsoet echter met de traditionele rol van regentes. Gedreven door ambitie en in de overtuiging dat zij, op grond van beschikkingen van haar vader Thoetmosis I en orakeluitspraken van de god Amon, rechtmatig handelde, liet Hatsjepsoet zichzelf namelijk tot farao uitroepen, waardoor er niet langer sprake was van een regentschap maar van een co-regentschap.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

.

 

 

 

 

 

 

Hatsjepsoet regeerde als vrouw van 1473 tot 1458 voor Christus over Egypte. Tijdens haar regeringsperiode vonden een paar gedenkwaardige gebeurtenissen plaats, zoals de vervaardiging, het transport en de plaatsing van een aantal loodzware obelisken in de Amontempel in Karnak. Een ander hoogtepunt was het organiseren van een grote handelsexpeditie naar het geheimzinnige Afrikaanse land van ‘Poent’. Uit dit land kwamen welriekende, exotische producten, die in Egypte als ‘wonderen’ werden beschouwd. Verder zond Hatsjepsoet expedities uit naar de Sinaï, een mijnbouwgebied, waar door de oude Egyptenaren koper en turkoois gewonnen werd.

 

Tijdens Hatsjepsoets bewind lijkt een man met de naam Senenmoet een belangrijke rol te hebben gespeeld. Hij klom, ondanks zijn nederige afkomst en het feit dat hij geen bloedverwant van de koninklijke familie was, aan het hof onder Hatsjepsoet op tot meest vertrouwde adviseur, opvoeder/leraar van prinses Neferoere, vizier en bouwopzichter. In die hoedanigheid ontwierp Senenmoet de schitterende dodentempel van de koningin bij Deir el-Bahari. De tempel, die gedeeltelijk in de rots werd uitgehouwen en deels vrijstaand op een terras werd gebouwd, vormt een unicum in de Egyptische architectuur.

 

 

 

Na de dood van Hatsjepsoet werd een groot aantal monumenten van de koningin op bevel van Thoetmosis III systematisch verwoest of geüsurpeerd. Hoewel er geen bewijzen bestaan voor een gewelddadig einde van haar leven, deed Thoetmosis III er tijdens het tweede deel van zijn regeringsperiode alles aan om de herinnering aan Hatsjepsoet uit te bannen. Hatsjepsoet werd begraven in graf KV 20 in het Dal der Koningen. Toen haar sarcofaag in 1903 werd gevonden, was deze echter leeg. In 2005 begon de speurtocht naar de mummie van Hatsjepsoet. Daarbij werden verschillende mummies met behulp van CT-scans en DNA-onderzoek onderzocht. Een mummie uit graf KV 60 lijkt de meest geschikte kandidaat en ligt momenteel in het museum van Cairo op de afdeling van de koninklijke mummies als farao Hatsjepsoet tentoongesteld.